maandag, november 27, 2006

Even aanraken...

Wil familie eigenlijk wel betrokken worden bij de zorg van hun moeder, vader of partner in het verpleeghuis? Ik wel. Doordat het verbale contact met mijn moeder is weggevallen, wordt het non-verbale contact alleen maar belangrijker. Ik vind het heerlijk om mijn moeder in bad te helpen bijvoorbeeld. Lekker haar rug wassen, haar verstijfde benen een beetje bewegen in het warme water, haar haren wassen en haar na afloop lekker afdrogen. Het geeft een ander soort contact dat me even lief is als het praten dat ik vroeger met haar deed. Het verpleeghuis gaat ervanuit dat we de zorg voor mijn moeder aan hen hebben overgedragen. Zij nodigen niet uit tot deelname in die zorg. Ik kan me herinneren dat we ooit een brief kregen van de directeur waar met veel omhaal van woorden stond dat we onze ouders, partners, mochten komen helpen met eten. Niet omdat we dan op een andere manier contact zouden krijgen, maar omdat we dan andere verzorgenden zouden ontlasten. Wat mij betreft sloeg hij daar de plank mis. Ik kom niet naar het verpleeghuis om de verzorgenden te helpen, hoewel mijn aanwezigheid dat resultaat natuurlijk wel kan hebben. Ik kom voor mijn moeder. En soms ook voor de andere bewoners van mijn moeders etage, om ze even gedag te zeggen, ze even aan te raken, want dat komen veel mensen tekort daar. Nou ja, niet alleen daar, ook in het gewone leven…

maandag, november 20, 2006

Operatie identiteitskaart geslaagd

Jawel, het is gelukt met de foto voor de identiteitskaart van mijn moeder. Er bleek op het stadhuis een heel aardige meneer te zijn die bereid was af te reizen naar het verpleeghuis van mijn moeder om daar een foto van haar te maken. Een grijze achtergrond was niet nodig. Mijn moeder keek omhoog en omlaag, keek boos en lachte, maar de meneer was in staat net dat moment te pakken dat ze goed keek voor de foto.
‘Ach, het maakte allemaal niet zo uit…’, verzekerde hij. Een handtekening zetten was ook al niet nodig. En over een paar dagen komt hij zelf de identiteitskaart bij mijn moeder afleveren. Dat zoiets nog kan in onze overgeorganiseerde, bureaucratische samenleving. Daar word ik nu helemaal vrolijk van.

maandag, november 13, 2006

Dat was schrikken...

Dat was schrikken. Het bad was vol en op temperatuur, in de badkamer hing een heerlijke geur van lindebloesem. We hadden mijn moeder net met een beetje schuiven en wringen op de badlift gehesen, toen ze op luide toon begon te gapen, vervolgens wit wegtrok, de armen langs haar lichaam liet hangen terwijl haar ogen wegdraaiden. Snel een verzorgende van het verpleeghuis gezocht, die kwam in hoog tempo aanrennen en dacht met ons dat het hier om een TIA ging. In vliegende vaart mijn moeder ingepakt in haar badjas en voorzover mogelijk toegedekt met handdoeken terug naar haar kamer gebracht en in bed gelegd waar ze als een uit het nest gevallen vogeltje lag te bibberen met haar ogen dicht en haar armen om zich heen.
De verzorgende had in de tussentijd met een verpleegkundige gebeld die zich in een ander verpleeghuis bevond. Het tehuis van mijn moeder heeft geen verpleegkundigen in dienst, blijkbaar. Ze moest van allerlei testjes doen: bloeddruk, temperatuur, bloedsuiker... Ze deed het snel en professioneel. Intussen kwam mijn moeder steeds meer terug bij de levenden. Dit keer was iedereen blij dat ze alles vastgreep wat ze voorhanden kreeg, want dat betekende dat ze weer kracht in haar handen had. Toen alles klaar was, bleef ik nog even op een stoel naast haar bed zitten. Ze hield mijn hand vast, met de ogen stijf dicht. Af en toe deed ze ze even open als om te checken of ik er nog was, en zij ook...

maandag, november 06, 2006

Wat doen we toch verkeerd?

Wat doen we toch verkeerd als familie? Het afgelopen weekend sprak ik met twee vrouwen, de een had haar oma in het verpleeghuis, de ander haar schoonmoeder. Het waren twee vrouwen die veel gaven om hun familielid. Dat was duidelijk. Ze waren gefrustreerd en diep gekwetst over de behandeling van hun oma, respectievelijk schoonmoeder. De een had tot aan de hoogste regionen geklaagd over de behandeling van haar moeder. Zonder effect. De ander hield niet op met voorbeelden geven die je de haren te berge deden rijzen.
Waarom lukt het ons niet iets te verbeteren, iets te veranderen? Ja, we zijn emotioneel betrokken bij onze familie. Dus we reageren vaak heftig als er iets verkeerd gaat. Niet omdat we onverwerkt leed hebben, in de rouw zijn, zelf problemen hebben, zoals ze vaak schijnen te denken in verpleeghuizen over ‘lastige’ familie. Maar gewoon omdat we willen dat ons familielid een respectvolle behandeling krijgt. Je wordt er soms moedeloos van...