maandag, oktober 11, 2010

Handen op de rug

Ik was op een congres van de SER over de betaalbaarheid van de langdurige zorg. Daar word je niet vrolijk van als je al die cijfers over het scherm ziet rollen. Maar het is altijd prettig als er mensen in de zaal zijn die helder zonder ingewikkelde gedachtesprongen een constructieve bijdrage leveren. Het probleem bestaat overigens echt, de langdurige zorg, de zorg voor ouderen, gehandicapten, gaat een steeds groter deel van het overheidsbudget bepalen.
Maar goed, er stond dus een mevrouw op die bij een organisatie van ondernemingsraden in de thuiszorg behoorde. Vroeger, zei ze, toen de gezinsverzorgster aan huis kwam, stond de zelfredzaamheid van de cliënt altijd bovenaan. Tot we dat op een zeker moment hebben afgeschaft. We hadden ineens recht op zorg. Maar de beroepshouding is altijd zo gebleven: mensen moeten zelf de regie in handen houden, als thuiszorgmedewerker houd je de handen op de rug.
Ik vind dat mooi gezegd. Je helpt iemand hoogstens zichzelf te helpen. Buurtzorg, een jonge organisatie in de thuiszorg, werkt volgens dat principe, en dat heeft ze uitgebreid naar wat familie en verwanten kunnen doen om te helpen.
Als ik dat zo hoor, vraag ik me eigenlijk af waarom niet ook zo wordt gewerkt in de verpleeghuiszorg, of eigenlijk in de hele intramurale zorg. Waarom is de houding daar: kom maar hier met uw moeder, wij zorgen vanaf nu voor haar. En mevrouw, wij zorgen er ook voor dat u de hele dag met uw handen op schoot mag of moet zitten. We organiseren wel een bingomiddag voor u, zonder te vragen of u van bingo houdt, maar uw lakens vouwen dat hoeft u niet te doen. Eten koken, helaas, haccp - hygiëneregels, dat doen wij voor u. Anders wordt u ziek. Ik heb het voor het gemak nu even alleen over de psychogeriatrische zorg. Hoe zou de zorg in het verpleeghuis eruit zien als je daar ook de mensen zelf, hun familie en verwanten, erbij betrok?