maandag, maart 26, 2007

Ge-'we'...

Ik weet niet hoe het kwam, algehele vermoeidheid van mijn kant denk ik, maar ik was het afgelopen weekend erg in de ‘we’ stemming. En daar heb ik eigenlijk een bloedhekel aan. “Zullen we de jas aantrekken, moeder?”, “Zullen we het lampje aansteken?” Ik had het er maar druk mee mezelf te corrigeren. “Nee, Mieka, we steken geen lampje aan. Ik steek een lampje aan.” Nou ja, van buitenaf gezien lijkt het – hoop ik - of ik in gesprek ben met mijn moeder, maar ik voer feitelijk hardop een discussie met mezelf, met mijn moeder als publiek. Zondagmiddag zaten ‘we’ op haar kamer en pelden ‘we’ een mandarijntje voor haar. En ineens zei ze: “Mijn hoofd doet zo vreselijk gek”. Hoorde ik het goed? De zin herhalen zit er voor mijn moeder niet in. Wat kun je dan zeggen? In ‘we’-vorm of ‘ik’-vorm. Niets. Behalve “’t is niet anders”, mijn moeders standaardreactie vroeger op de problemen in haar en mijn leven. Maar terwijl ik het zei, kon ik me wel voor mijn hoofd slaan. Wat een rotopmerking. Ik heb haar maar flink geknuffeld en dat waardeerde ze wel, geloof ik. Ze sprak een cryptische zin met veel verschillende letters, maar het leek erg veel op “je bent een lieverd”. Maar dat is écht mijn eigen interpretatie.