maandag, juni 27, 2011

Family- en Party Proof

Is de organisatie family- en partyproof? Ik las dat in een jaarverslag van een organisatie in de gehandicaptenzorg. Het gold hier voor de medewerkers en was één van de criteria voor kwaliteit. Zouden zij zelf hun familie in de organisatie willen laten wonen? En hoe praten ze over hun werk als ze op een feestje zijn? Ik moest er het afgelopen weekend bij mijn moeder sterk aan denken, voor de medewerkers is de organisatie zeker nog niet family- en partyproof.
En voor mij? Is het huis waar mijn moeder woont voor mij family- en partyproof? De plek wel. Midden in de stad. Een eigen kamer, ook prima. Goeie verzorgenden. Die zijn er, zeker weten. Niet altijd, zoals die invaller die zaterdagavond in zijn hokje zat te googlen terwijl twee dames nog wakker in de huiskamer zaten en zeker blij waren geweest als hij een beetje aandacht aan hen had gegeven. Een dame heb ik zelf maar koffie gegeven.
Maar dan nog een stap verder. Hoe gaat de instelling om met feedback van de bewoners en familie? Hier doe ik maar het zwijgen toe. Nog lang niet FPP.

dinsdag, juni 21, 2011

Indicatorset Familiebeleid

Na een kleine maar diepe dip toch maar besloten het leven weer van de zonnige zijde te zien. Wat hielp was een bijeenkomst van het LPGGz, het Landelijk Platform van cliënten- en familieorganisaties in de Geestelijke Gezondheidszorg. In deze sector lopen ze namelijk tien stappen vooruit als het over familiebeleid gaat. Zeg maar gerust honderd. Samen met de zorgverzekeraars is daar nu een ‘Indicatorset Familiebeleid in de GGz’ ontwikkeld. Heel interessant: acht uitgewerkte indicatoren om te bepalen of een zorgaanbieder zich werkelijk inzet voor familiebeleid. Is het opgenomen in de cliëntregistratie? Staat het in de kwaliteitscyclus van de instelling? Zijn er familie-ervaringsdeskundigen? Natuurlijk is zoiets maar één kant van het verhaal, namelijk hoe een zorginstelling het familiebeleid opneemt in zijn beleid. De andere kant is de praktijk van alledag, tussen cliënt, zorgverlener en familie, de zogenaamde triade. Maar zonder het een kan het ander niet bestaan. Overigens is de praktijk van alledag in de GGz ook niet altijd even fijn. Er zat een mevrouw naast me die de rechter had moeten inschakelen om haar zoon uit de isoleer te halen waar hij al een jaar inzat.
Het vrolijkst werd ik van de zorgverzekeraar die in het forum zat. De GGz werkt met de veel bekritiseerde dbc’s en vanuit de zaal kwam de opmerking dat er geen tijd te schrijven was voor familiecontacten. Deze zorgverzekeraar was heel duidelijk. Een zorgaanbieder wil altijd het maximale tarief hebben voor de dbc, maar de zorgverzekeraar heeft een marge om instellingen te dwingen aandacht te besteden aan bijvoorbeeld familiebeleid. Daarnaast krijgen instellingen blijkbaar ook nog extra middelen om de kwaliteit van de zorg te verbeteren. Het gaat te ver om de hele financiële achtergrond hier uit te leggen, maar waar ik zo vrolijk van werd was die zorgverzekeraar die het thema familiebeleid als criterium wilde inzetten om meer of minder geld te geven aan een instelling. Dat zijn ook van die momenten dat ik denk: ja, marktwerking.

Voor geïnteresseerden: de indicatorset is hier verkrijgbaar als pdf.

dinsdag, juni 14, 2011

Klein dipje

Zo, ik lag er even uit - blogsgewijs. De reden was een klein dipje. Het waar-doe-ik-ut-eigenlijk allemaal voor. En heeft-dit-wel-enig-nut-gevoelens. De oorzaak was tegenwerking bij de inzage van het dossier van mijn moeder. Maar dat is nu - hopelijk - weer geregeld. Wat ik jammer vind is dat 'de instelling' zo in het defensief schiet. De sector heeft zo'n teergevoelig huidje dat het lichtjes aanraken alleen al een schreeuw van schrik veroorzaakt. Bijvoorbeeld de gedachte - of misschien wel de overtuiging - dat ik het dossier zou willen zien omdat er iets heel erg fout zou zijn. Gewoon op de hoogte blijven, interesse, je betrokken voelen bij de zorg... blijkbaar zijn dat geen argumenten. Ik moet mij dan ook heel strak beheersen in de eerste plaats om ook zelf niet in het defensief te schieten, want ik heb zeker geen olifantenhuid, en in de tweede plaats om elke gedachte dat er echt iets fout zou zijn te onderdrukken.

Zijn er onder mijn lezers meer zorgdossiervreters? Ik ben benieuwd naar hun ervaring.